Vertaling Bijbel, Kanttekeningen SV, [], [96]De kleinste [97]zal tot duizend worden, en de minste tot een machtig volk; Ik, de HEERE, zal zulks [98]te zijner tijd [99]snellijk doen komen. 96. Te weten hoop. 97. Dat is, zal grotelijks wassen; gelijk Gen.24:60. De zin is: De kerk van Christus zal in het Nieuwe Testament tot verwonderens toe zeer voortreffelijk opwassen en vermeerderen. Anderen verstaan deze woorden aldus: Zelfs degenen, die kleine gaven hebben, zullen er door hunne onderwijzing vele anderen tot de kerk of gemeente aanleiden. 98. Namelijk ter bekwamer en bestemder tijd, dien Ik in mijnen raad besloten heb, dien het ons niet betaamt te weten. Zie Hand.1:6,7. Doch anderen menen dat dit te verstaan is van den tijd van het Nieuwe Testament. 99. Hebreeuws, doen haasten. --------------------